De dinsdag tot zelfs min 37 dollar gedaalde prijs voor Amerikaanse olie (WTI) drijft de Ecuadoraanse president Lenín Moreno tot wanhoop: “Terwijl we de pandemie aan het bestrijden zijn met een geërfde schuld, een lege schatkist en geen cent aan spaargeld voor noodsituaties is de olieprijs naar het slechtste niveau ooit gedaald.”

petroleo_ecuador-e1525370574892

Ecuador is als olieproducerend land sterk afhankelijk van de olieprijs. In de lopende begroting is uitgegaan van een olieprijs van 50 dollar per vat. In normale tijden is de export van olie goed voor maar liefst een kwart van de overheidsinkomsten.

Ten opzichte van de olieprijzen van boven de 100 dollar van enkele jaren geleden, was Ecuador al in de problemen geraakt door de structureel lagere opbrengsten. Bijkomend probleem is dat Ecuador in ruil voor miljardeninvesteringen en -leningen al veel van de toekomstige olieproductie heeft beloofd aan China.

Daarom kondigde Ecuador vorig najaar aan uit de OPEC te stappen, de organisatie van olie-exporterende landen. Door te vertrekken kon het in vergelijking met echte oliereuzen als Saudi-Arabië, Iran, Irak en Venezuela nietige Ecuador het onderling afgesproken productieplafond loslaten.

Tot vorig jaar produceerde Ecuador zo’n 545.000 vaten per dag en het idee was om meer te gaan oppompen en verkopen: “Deze beslissing is genomen vanwege interne problemen en de stappen die het land moet nemen om stabiele inkomsten te genereren”, liet het ministerie van Energie daarbij weten.

‘Moeilijkste moment uit geschiedenis Ecuador’

Maar nu de wereldwijde economie is stilgevallen is ook de vraag naar olie dramatisch in elkaar gezakt. Dat leidde dinsdag tot een nooit eerder vertoonde negatieve prijzen voor een vat Amerikaanse olie, waar de prijs van Ecuadoraanse olie aan is gekoppeld.

Een enigszins wanhopig overkomende president Lenín Moreno sprak daar dinsdagavond het volk over toe op de nationale televisie: “Dit is zonder enige twijfel een keiharde klap voor de economie van Ecuador. Olie is het belangrijkste exportproduct van ons land. Ecuador staat voor het moeilijkste moment uit zijn geschiedenis.”

Hij wees daarbij nog maar eens op het feit dat hij miljardenschulden heeft geërfd van zijn voorganger Rafael Correa, maar veel mensen vinden dat hij op moet houden met daarover te klagen en aan de slag moet om Ecuador uit de misère te trekken.

IMF-leningen

Moreno was vorig jaar al een lening van 4,2 miljard dollar met het IMF overeengekomen, maar moest in ruil daarvoor onder andere de subsidies op benzine en diesel afschaffen. Dat leidde in oktober tot langdurige en gewelddadige protesten waardoor Ecuador ook toen al enkele weken plat lag. Uiteindelijk haalde de regering bakzeil en moest het de verhoging van de brandstofprijzen terugdraaien.

Nu Ecuador zwaar getroffen is door de coronacrisis, heeft het IMF een eerste noodkrediet van 500 miljoen dollar verstrekt om de uitbraak van het coronavirus te kunnen bestrijden. Maar dat is lang niet genoeg en Ecuador is daarom in onderhandeling over meer geld.

En daarnaast wil president Moreno een coronaheffing invoeren voor grote bedrijven en iets beter verdienende burgers. Met dat geld moeten kleine bedrijfjes als de “bakker op de hoek” en de armste families geholpen worden in deze crisis. Maar vooralsnog heeft het parlement daar nog niet mee ingestemd, omdat het grote vraagtekens heeft over de extra schade die dat toe gaat brengen aan de economie en of het geld wel op de goede plek terecht komt.